Personen bij wie een splenectomie is verricht, een milt afwezig is vanaf de geboorte (congenitale asplenie) of bij wie door onderliggend lijden of specifieke behandelingen sprake is van een functionele asplenie. Risico's bij (functionele) asplenie: De filterfunctie van de milt is afwezig. De lever neemt deze functie gedeeltelijk over, maar kan alleen filteren indien micro-organismen zijn beladen met antistoffen (opsonisatie). Om antistofvorming te bevorderen is vaccinatie nodig. Personen met een (functionele) asplenie lopen een verhoogd risico op ernstige infecties met mogelijk dodelijke afloop, door de volgende verwekkers:
- Alle gekapselde bacteriën, pneumokokken, Haemophilus influenzae type b, meningokokken
- Infecties na honden- en kattenbeten
- Malaria/babesiosis
Diagnostiek naar functionele asplenie is lastig. De aanwezigheid van Howell-Jollylichaampjes suggereert asplenie. De afwezigheid hiervan sluit asplenie echter niet uit.
- Antibiotica bij koorts en infectie, ongeacht het gebruik van antibiotische profylaxe
- Direct (< 1 uur) starten met antibiotica: amoxilline-clavulaanzuur 3 dd 625 mg p.o./4 dd 1200 mg i.v.
- Mensen moeten altijd 1 gift bij zich hebben om direct te starten (on demand gebruik)
- Zo snel mogelijk klinische beoordeling door arts
- Honden- en/of kattenbeten
- Wond direct reinigen
- Direct starten met antibiotica: amoxicilline-clavulaanzuur 3 dd 625 mg p.o./4 dd 1200 mg i.v.
- Zo snel mogelijk klinische beoordeling door arts
Details vaccinaties/antibiotica profylaxe/behandeling: zie RIVM Richtlijn.
Geef feedback
Indien u vragen of opmerkingen heeft over de inhoud van deze pagina kunt u hier feedback geven aan de redactie van Het Acute Boekje.